This article is only available in Dutch
Kunstruimte Nieuw Dakota greep naast de broodnodige subsidie, maar brengt tóch een zeer prikkelende expo: ‘Timing is wrang’
Jan Pieter Ekker, Het Parool, 11 juli 2024
Twee dagen nadat Nieuw Dakota te horen had gekregen dat de Amsterdamse tentoonstellingsruimte de komende vier jaar, ondanks een positief advies, geen overheidssubsidie krijgt, opende de even geestige als schrandere tentoonstelling (+ Supplementary Fee) van de jonge IJslandse kunstenaar Thordur Hans Baldursson. Opvallend: wie de kunstwerken wil zien, moet bijbetalen.
“Als de overheid de subsidiekraan dichtdraait, moeten we het geld maar ergens anders vandaan halen,” zegt Nieuw Dakota-directeur Ellis Kat. Ze lacht erbij als een boer met kiespijn. “We zijn er toch al aan gewend overal toeslagen voor te betalen. Een karaf kraanwater in een sjiek restaurant kost 7,50 euro, voor iets meer beenruimte in het vliegtuig lap je 11 euro, bij grote tentoonstellingen moet je ook vaak bijbetalen. De presentatie-instellingen bleven daar een beetje bij achter.”
Het moet gezegd, Kat voelt de tijdgeest uitstekend aan. Een jaar geleden zag ze op de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag het afstudeerwerk van de jonge IJslandse kunstenaar Thordur Hans Baldursson. Zijn dansende autowasstraat met livemuziek was een van zijn ‘levende installaties’ waarmee Baldursson de eigenschappen bevraagt van objecten en systemen die we vaak als vanzelfsprekend beschouwen.
Geven en nemen
Kat nodigde Baldursson uit om een tentoonstelling te maken binnen het thema ‘geven en nemen’. Het eerste deel van deze serie, Alles moet weg van Dries Verhoeven, belichtte het aspect van ‘nemen’ middels een doorlopende performance over alle facetten van winkeldiefstal. Het tweede deel uit de serie, (+ Supplementary Fee), verzorgd door Baldursson, onderzoekt de andere kant.
In het boekje bij de tentoonstelling staat het zo: ‘In een tijd waarin kunstsubsidies steeds meer onder druk staan, biedt de tentoonstelling (+ Supplementary Fee) een kritische kijk op de uitdagingen waar kunstenaars en culturele instellingen mee te maken hebben. Met een gloednieuw kabinet dat weinig waarde hecht aan kunst en cultuur, lijkt de commercialisering van de kunsten onvermijdelijk om te kunnen overleven’.
Kort en goed: voor ieder werk dient een toeslag te worden betaald, bovenop de reguliere toegangsprijs van 4 euro. Het ‘basic’-tarief bedraagt nu 5 euro, inclusief één munt (met de tronie van de kunstenaar). Er is ook een vipbehandeling mogelijk, voor 10 euro, inclusief drie munten en een drankje.
Dat laatste is aan te raden, want de vier speciaal gemaakte kunstwerken zijn stuk voor stuk de moeite waard. Het werk Pay per view is gebaseerd op de verrekijkers die op toeristische locaties staan. Daar moet je betalen om een paar seconden bijzondere vergezichten te aanschouwen. De tijd die het landschapje van Baldursson in beeld verschijnt, is net zo kort als de gemiddelde museumbezoeker voor een werk blijft staan: nog geen 8 seconden.
Oorverdovend kabaal
Midden in de galerie staat een vlaggenmast; op het slagveld wordt de vlag gehesen als een bloedige strijd is gewonnen, maar hier is geld macht: voor één muntje gaat de vlag speciaal voor jou in top – en ook weer naar beneden. Er is ook een wensfontein, maar als je je munt erin gooit gebeurt er (ogenschijnlijk) niks – de munt moet in de automaat ernaast, waarna een fraaie choreografie van waterstralen volgt.
Aan drie muren zijn metalen collectebussen bevestigd die ritmisch op en neer bewegen – ook als er geen muntje wordt ingeworpen. Moving Money heet deze installatie; Baldursson liet zich ervoor inspireren door traditionele Nederlandse draaiorgels, die ook een oorverdovend kabaal maken als niemand doneert. Het is overigens wel mogelijk om munten – of kleingeld uit je portemonnee of zakken – in een van de vijftien collectebussen te werpen.
De bezoeker aan (+ Supplementary Fee) wordt steeds voor dezelfde vraag gesteld, stelt schrijver-filosoof Stine Jensen in het tentoonstellingsgidsje: hoeveel ben ik bereid te betalen voor kunst? Dat geeft de bezoeker macht, stelt ze in een geestig betoog. ‘De keuze is vrij, dus doe je best maar, kunstenaartje! Och arme kunstenaar. Die komt terecht in de rol van prostituee, of bedelaar zo u wilt.’
Redelijk positief advies
De galeriebezoeker is evenmin te benijden, aldus Jensen: ‘Och arme toeschouwer, die terecht komt in de rol van zielloze hoerenloper: zijn we voor een happy end en wat kermiseffecten bereid meer te betalen?’
En hetzelfde geldt voor Nieuw Dakota, weten we intussen. Twee dagen voordat de tentoonstelling opende, kreeg de tentoonstellingsruimte bericht dat het de komende vier jaar, ondanks een redelijk positief advies, als gevolg van het beperkte budget geen overheidssubsidie krijgt. In ambtenarentaal: ‘De artistieke visie en de artistiek-inhoudelijke kwaliteit van activiteiten uit het recente verleden beoordeelt de commissie als voldoende. Nieuw Dakota daagt bezoekers en kunstenaars uit buiten de eigen kaders te denken door in de activiteiten een prikkelende vraag centraal te stellen’.
“De timing is wrang,” aldus directeur Kat. “Voor de publiciteit is het goed dat we het geld niet hebben gekregen. Maar het is wel jammer dat het ons vier keer 230.000 euro scheelt. Wat dat betreft is het een dure tentoonstelling. Onze bezoekers moeten heel veel muntjes in de wensfontein gooien om dat te compenseren.”
(+ Supplementary Fee) van Thordur Hans Baldursson: t/m 29 september in Nieuw Dakota, Ms. van Riemsdijkweg 41b (NDSM-werf)